maandag 31 oktober 2011

Details



‘Overbodige details wekken het verhaal tot leven,’ vertelt dagboektekenaar Michiel van de Pol in de nieuwe documentairereeks Beeldverhaal. Zaterdagavond was de eerste van acht afleveringen, over autobiografische strips: ‘Sommige striptekenaars gebruiken hun eigen leven als inspiratiebron, maar hoe ver gaan ze daarin en hoe eerlijk moet je zijn?’

Ik moest uitwijken naar Uitzending Gemist om bevestigd te zien wat ik gezien meende te hebben. In de laatste halve seconde van de leader rent presentator Jean-Marc van Tol over een plaatje uit Stad van Klei van Milan Hulsing (over een ambtenaar die de grip op de realiteit verliest) en een tekening van Lambik die zich afvraagt: ‘ Maar… wat zeg ik nu?’ Het antwoord in een andere tekstballon: ‘De waarheid!’

19 november gaat het over Kuifje en over zijn gekwelde schepper. Spijt als haren op mijn hoofd dat ik met een tot in details uitgewerkt smoesje het verzoek voor medewerking aan deze prachtig gedetailleerde reeks heb afgewimpeld!

vrijdag 28 oktober 2011

Pezeweven


Wie voltooide ten slotte Jacobs’ Unvollendete ‘De 3 formules van Prof. Sato’? Kat in ’t bakkie: Bob de Moor, 1989. Maar wat bijna niemand meer weet: Dick Briel breidde er al vijf jaar eerder - in opdracht van weekblad Tintin - een ingenieus einde aan. Uitknippen en toevoegen aan het laatste album, luidde de opdracht:


De scan komt van D. die me deze week op de hoogte stelde van het overlijden van zijn oude klant. Hij voegt eraan toe: ‘Waar die Jacobs gebeurlijk nog twintig jaar zou hebben zitten pezeweven over de afronding, raffelt Dick het hele zaakje in acht plaatjes af. Toch knap!’

donderdag 27 oktober 2011

Dick Briel 1950 - 2011


Juni 1976



Onooglijke catalogus van de legendarische stripbeurs in Verviers die de pest van de Mecanorma©-wrijfletter weer tot leven wekt. Maar voor de liefhebber van de oude kanonnen was het, 35 jaar geleden, wél een leuk uitstapje, met onder andere Franquin, Tibet, De Moor en Hubinon aan de signeertafels. Zelfs Hergé schoof aan, twee maanden na de lancering van PICAROS en beslist gramstorig na alle zure commentaren.

De dédi’s van deze broederschap staan in het binnenwerk van de catalogus, samen met onder andere die van Attanasio, Piroton, Gos, Hausman, Comès, Leloup en Kuifje zelf (nu ja, Jean-Pierre Talbot). Met een richtprijs van € 4000 vorig jaar onverkoopbaar op een veiling van Banque Dessinée. Volgende maand wagen ze in Parijs een nieuwe poging (€ 2500-3000).


woensdag 26 oktober 2011

Want een dag niet gelachen (2)



Hergé stormt de spreekkamer van zijn Jungiaanse psychiater binnen en excuseert zich uitvoerig. Hij heeft zich verslapen. ‘Maar,’ zegt hij, nog steeds buiten adem, ‘ik beleefde in mijn droom een ongelooflijke doorbraak. Ik liep met Germaine door de sneeuw en er kwam iemand op ons af - heel hard - op een slede. Dat is oom Arthur, zei ik tegen Germaine. Maar Germaine was verdwenen en Bernard Heuvelmans stond nu naast me en die schudde zijn hoofd en zei: Nee joh, dat is de Yeti. Toen werd ik wakker, kleedde mij aan, greep een sigaret en een boterkoekje en holde naar uw praktijk.’
‘Een sigaret en een boterkoekje?’ zegt de psychiater. ‘En dat noemt u een ontbijt?’

dinsdag 25 oktober 2011

Vossenjacht



Kribbige mailwisseling met een lezer die schijnbaar erg gesteld is op Willy Vandersteen en die niet wil inzien hoe onsmakelijk diens antisemitische prentjes zijn. Ondubbelzinnige terechtwijzing: het geeft geen pas er ‘contextloos’ over te schrijven. Maar, protesteer ik, is niet elke toevoeging van context op voorhand zinloos omdat het de tekenaar niet vrijpleit?

Zo’n dispuut kent een voorspelbare dynamiek: aan het eind van de rit wordt het twistgesprek tussen Carreidas en Rastapopoulos herhaald. Wie is de grootste naarling? (In dit geval: Hergé of Vandersteen?) Die kwestie is niet te beantwoorden zonder uitsluitsel over die andere vraag: wie was de zwakste? Het is determinisme tegenover vrije wil. Was het opportunisme van Vandersteen onwillekeurig, zoals mijn opponent betoogt, en dat van Hergé weloverwogen?

Ik probeer de zaak ten slotte met een flauw grapje te beslissen: het waren krachten van buiten die Hergé de zeggenschap over zijn lot ontnamen. Bij de scouts werd hij immers opgezadeld met de totemnaam Nieuwsgierige Vos. En elke bioloog kan ons vertellen: vossen behoren tot de grootste opportunisten van het dierenrijk. Hergé handelde, kortom, in zijn verdere leven naar een rol die hem was opgedrongen.
Het antwoord laat niet lang op zich wachten: Willy Vandersteen zat ook bij de scouts. Zijn totemnaam was Slimme Vos.

Murw zet ik de computer uit en een cd’tje op van Jacques Brel, alias Grappige Zeehond:

Et moi, moi qui suis resté le plus fier
Moi, moi je parle encore de moi

maandag 24 oktober 2011

Liever geen bloemen



Kuifje en Haddock zijn bloemen wezen plukken in Duckstad. Een mierzoet tafereeltje dat veilinghuis Banque Dessinée eind november graag wil afhameren op € 25.000.

Voor tien mille minder mag een originele strook uit Het Gele Teken het proberen. Let op dokter Septimus die (tweede plaatje) met de kiezen stevig op elkaar de telefoon beantwoordt:


En toch, voor de echte vieze smaak en de lange tanden moeten we volgende maand niet bij Hergé zijn en ook niet bij Jacobs, maar bij Willy Vandersteen.
Kavel 493:


Een originele Kaproen! Zeventig jaar geleden ontving de Bruegel van het beeldverhaal 250 frank voor zijn vunzige arbeid, nu moet een enkel prentje € 500 à € 600 doen.
Misdaad loont.

Ontzamelen


Mag een museum belangrijke stukken verkopen om te overleven? Actuele topic in de NRC van afgelopen zaterdag. De auteur rept van ‘ontzamelen’:

Net als geboorte en dood, zijn verzamelen en ontzamelen onlosmakelijk met elkaar verbonden.

En net als de dood proberen we het ontzamelen zolang mogelijk uit te stellen. Hoewel er natuurlijk altijd lieden zijn die onbevreesd de pijp aan Maarten geven:


Blik op een deel van de enorme Kuifje-ontzameling van François Retiré, volgens sommigen de grootste ontzamelaar van Europa.

woensdag 19 oktober 2011

Zout in de wond


The script by Brits Steven Moffat (Doctor Who), Edgar Wright and Joe Cornish has a wit and lightness of touch absent from most comic-book movies these days. With a rejuvenated Spielberg at the helm, it’s hard to imagine how Belgian creator Herge would be anything other than thrilled.

Verdict 4/5


*) Daily Express, hedenochtend

dinsdag 18 oktober 2011

Beschamend


Mail over de Kuifje-film van een in de VS werkzame lezer:

‘Overigens sprak ik gisteren een vriendin die in de gelegenheid was een voorvertoning voor een select publiek bij te wonen. Ze was opmerkelijk positief voor haar doen en roemde het camerawerk dat herkenbare composities uit de boeken een spectaculair driedimensionale vertaling verleende. En het verhaal volgt heel strak het origineel. Heur woorden.’

Onderwijl betrap ik mezelf op een nogal ongepaste emotie: teleurstelling. Dat een Europese stripheld en een Amerikaanse filmregisseur slecht matchen, heb ik altijd voetstoots aangenomen. Nu (misschien) het tegendeel waar is, voelt het alsof er een verlies moet worden geïncasseerd.

Cees Buddingh' kon het niet beter formuleren: ‘De mens is het enige wezen dat tevens zijn eigen parodie is.’

maandag 17 oktober 2011

Vergeten herinnering



Met S. keek ik naar een film over een jonge Amerikaan in Duitsland die, vlak na de oorlog, een examen wordt afgenomen in het slaapwagenconducteurschap. Aan het einde verdrinkt hij. Dat wist ik – twintig jaar geleden heb ik in een bioscoopstoel plaatsvervangend naar adem gehapt - hoewel ik dat tijdens het kijken niet meer wist.

Zo schuilt er ook troost in een geheugen dat zoetjesaan begint te haperen. Misschien varen we ooit nog eens naar de Zwarte Rotsen en voelt de reis als nieuw, herinneren we ons werkelijk niet meer welke gevaren zich daar schuilhouden.

vrijdag 14 oktober 2011

Uitglijder



Nooit doen, een gesneefde striptekenaar dissen. Voor je het weet maak je op een glad wegdek een omgekeerde verticale loop en land je op je stuitje. Dat is verduiveld pijnlijk, maar dientengevolge over je nieuwe Burberry braken is nog veel pijnlijker.

’s Avonds constateerde S. een enorme bloeduitstorting. ‘Ziet eruit als een Blauwe Driehoek,’ zei ze.


*) De afbeelding komt uit de nieuwe veilingcatalogus van Artcurial (veiling zaterdag 29 oktober). Twee pagina’s zwartfilm met originele inkleuring. Richtprijs € 100 – 150. Een koopje voor, laten we ditmaal voorzichtig wezen, de liefhebbers van... euh... curieus kleurgebruik.

woensdag 12 oktober 2011

Albert



De Amerikaanse striptekenaar Albert Weinberg is overleden. Weinberg begon zijn carrière in 1906 als assistent van Winsor McCay en was verantwoordelijk voor de vliegsequenties in de dromen van Little Nemo. In 1916-17 diende hij als vrijwilliger in de roemruchte Escadrille de Lafayette dat voor het eerst in actie kwam tijdens de slag bij Verdun. Weinberg bleef na de oorlog in België en hervatte zijn werkzaamheden als tekenaar. Vanaf 1919 verdiende hij een goede boterham met zijn reeks rondom de legerpiloot Dan Cooper, een strip die 35 jaar later ook in het weekblad Kuifje werd gepubliceerd.
Albert Weinberg is 131 jaar oud geworden.

Taschen (2)


‘Een half miljoen voor een boek? Daar trapt niemand in!’ mailt een trouwe A la recherche-lezer. Dat valt dan weer te bezien. Zaterdag bezocht ik de nieuwe Taschen-store in de PC Hooft en raakte met een vriendelijke dame in gesprek over hun duurste uitgave. Dat is de luxe editie van Norman Mailers ‘Moonfire’, met buitenaards extraatje: een maansteen. Lollig verzamelobject binnen het ruimtevaartprogramma van Hergé.
Alleen die prijs…

Wat de speciale editie van SIGAREN betreft, moeten we overigens vrezen voor een poging tot oplichting danwel een ongelukkige greep in de knekelput:

Mag ik je erop wijzen dat het afgebeelde stukje bot niet tot de zogeheten phalanxen behoort, maar tot de (ossa) carpalia. Tussen de carpalia en de eerste reeks phalanxen liggen de metacarpalia, die dezelfde vorm hebben als de phalanxen. De echte ossa carpalia (vlak boven het polsgewricht) hebben een onregelmatige, kiezelvormige structuur, terwijl zowel de metacarpalia als de phalanxen het uiterlijk van traditionele botten hebben (de zogeheten ‘Bobbiebotten’).

Met dank aan Scudder voor de waarschuwing.

vrijdag 7 oktober 2011

Tinnef



Ellendige aardwormen met hun Tintin-tinnef! Geen woord meer over de stuitende merchandise, had ik me voorgenomen. En daar houd ik me aan. Dit zijn niet mijn woorden maar die van van illustrator Pieter van Cleef. Met (waarschuwing!) schokkend beeldmateriaal.

Met dank aan WP

woensdag 5 oktober 2011

GOOMA-DOOM



Spektakel in Cokes in voorraad. Links de explosie van de DC-3 van Khemed Airlines, na de noodlanding op het strand. Rechts de door pestkop Abdallah* geïnitieerde ontploffing van Archibald Haddock.

WHAM en BANG. En Hergé laat zelfs de uitroeptekens achterwege. Dat zijn klanknabootsingen weinig fantasievol zijn, wisten we al. Vergelijk dat eens met een willekeurige explosie (in dit geval van een olietanker) in het krankjorume repertoire van Don Martin: GOOMA-DOOM!

De naam van de Amerikaanse tekenaar schoot me te binnen na berichten over de herstart van de Nederlandstalige MAD. Martins onomatopeeën zijn luisterrijk en mesjogge en er was, vermoed ik, een geschifte liefhebber voor nodig om ze te inventariseren.

Mijn favoriet: DIKKA DIK DEEP DABWAK DOOTBWEET DAKKITYDAK OONT GIKKADIK DIK DOKKA DAK DEEP. Hier beroert iemand het toetsenbord van een computer. Don Martin geeft niet alleen het apparaat een stem, maar ook de gemoedstoestand van zijn personage. Hergé zou voor TIC TIC TIC hebben gekozen. En Spielberg?


*) Of zit hier, qua tekenstijl, Willy Vandersteen achter?

dinsdag 4 oktober 2011

Hallo?...RRRWT...FRRT...



‘Vertraging’ op de verbinding tussen Genève en Szohôd. Hergé verbeeldt de technische misère door een paar bevende onomatopeeën in de tekstballon van kolonel Sponsz te stoppen (RRRWT, FRRT, CRRAC). Zo wordt de geplaagde politiechef de clown in een goedkope klucht waarin de acteurs zelf voor de geluidseffecten moeten zorgen.

Morgen: GLIP SHPIKKLE GLUP SHLOOP!

maandag 3 oktober 2011

Tik tik tik



De tijd tikt toch wel weg, ook zonder zegen van de paus. Deze maand is het twee jaar geleden dat ik - onwillig figurant - de theatrale uitvaart bijwoonde van mijn vriend J.
Fietsongeluk in het New Yorkse verkeer (motorrijders zeggen in zulke gevallen verhullend: ‘Hij is niet meer afgestapt’).
Zijn vriendin vertelde me dit weekeinde dat ze contact heeft met de man die hem heeft doodgereden. ‘Hij zit er helemaal doorheen,’ zei ze. En ook: ‘Het gekke is: ik maak me zorgen om hem.’

Het gekke is: vorig jaar maakte ik me nog zorgen om háár. Ze schreef over het verwrongen fietsframe in haar halletje waar ze niet naar durfde te kijken, maar dat ze ook niet weg durfde te doen. Ik belde haar en stamelde iets over fysieke wrakstukken uit een verleden die het leven in het heden onmogelijk maken. Achter me de massieve kast met honderden kilo’s oud papier, gebonden in rode, blauwe en gele ruggetjes. Soms heb ik geen S. nodig om me bewust te zijn van mijn eigen onmacht om los te laten.